13 jul '18 | Digitale interactie, Patiënt als Partner, Health apps, UMC Utrecht
Jaarlijks komen zo’n 700 mensen in Nederland in aanmerking voor een ECT, vroeger shocktherapie geheten. Zo’n 10 procent van die patiënten ontwikkelt over een periode langer dan 6 maanden ernstige geheugenklachten. “Een app ontwerpen voor die mensen is een grote uitdaging”, aldus klinisch psycholoog aan het UMC Utrecht, Tamar van Raalten. “Maar het proces dat we in gang hebben gezet is zeer leerzaam. Zeker als het gaat om regie en herstel is er voor deze doelgroep nog veel te halen.”
Persoonlijke aanpak Aanleiding voor het project vormde het neuropsychologisch onderzoek dat psychologen afnemen bij deze patiënten, en het lijvige verslag dat daaruit volgt. Van Raalten: “Dat is een zeer informatiedicht verslag. Maar deze mensen hebben een kleine aandachtsspanne, waardoor dat niet beklijft. Ik zocht naar manieren om dingen simpeler, visueler te maken. Als behandelaars laten wij daar veel liggen.” Haar zoektocht werd een project en ze kreeg een financiële bijdrage van het Citrienfonds. Het Citrienfonds van de NFU en ZonMw helpt duurzame en breed inzetbare verbeteringen in de gezondheidszorg te ontwikkelen. Onderzoek leerde Van Raalten dat patiënten een meer persoonlijke aanpak zeer op prijs stellen. “Ze willen zo persoonlijk mogelijk advies en denken dat meer dynamische en visuele communicatie hen kan helpen. Mensen willen weten: ‘wat kan ik ermee’, terwijl wij als behandelaars vooral geneigd zijn te praten vanuit de onderzoeksuitslagen.”
Laagdrempelig
Er ligt ondertussen een schets van een prototype van de app. Met twee belangrijke functionaliteiten: een logboek van problemen die de patiënt ervaart in diens dagelijks leven en hem/haar stapsgewijs helpt te onderzoeken wat de impact daarvan is en wat eraan te doen. De andere is een digitale vertaalslag van de onderzoeksuitkomsten, met een link naar bovengenoemd logboek. Van Raalten: “Zodat ze van daaruit laagdrempelig in aanraking kunnen komen met de realiteit van hun ziektebeeld en zo weer perspectief kunnen krijgen op hun mogelijkheden, in plaats van op alles wat mis is.” Over een maand moet er een prototype liggen dat getest en geëvalueerd kan worden. Daarnaast wordt er een implementatieplan geschreven, dat rekening houdt met mogelijke uitrol naar andere doelgroepen. Van Raalten:“We hebben met deze doelgroep de lat erg hoog gelegd. Ik denk dat de kennis die we hebben opgedaan voor veel meer moeilijke patiëntgroepen van nut is.”
Download document
GET-it: ’Er is nog veel te halen’